De term motorkap werd voor het eerst gebruikt in 1878 op La Mancelle van Amédée Bollée. Dit onderdeel bevindt zich aan de voorkant van de carrosserie en bedekt en beschermt de motor als deze aan de voorkant zit, en de kofferbak als de motor aan de achterkant zit.
De motorkap kan bestaan uit plaatstaal of polyester en bij sportvoertuigen uit glasvezel of koolstofvezel. Om de geluidshinder van de motor van het voertuig te beperken, kunnen in de motorkap elementen van isolerend materiaal worden aangebracht.
De motorkap, het eerste element dat bij een val of ongeval vervormt, bestaat uit verschillende aan elkaar gelaste delen in plaats van uit één enkel element. Hierdoor wordt vervorming bij hevige botsingen tot een minimum beperkt. Daardoor beschermt hij de motor, de accu en alle andere componenten die eronder zitten.
Dus om bij deze onderdelen te komen, moet u de motorkap van de auto openen en vastzetten met een metalen staaf. Soms worden gasveren onder de motorkap geïnstalleerd.
Afhankelijk van het model en het merk zijn er 3 verschillende mechanismen om hem te openen, zoals:
- Toegangssysteem met sleutel: deze oplossing is bedoeld voor oudere modellen, hiervoor moet de sleutel in het slot aan de voorzijde van het voertuig worden gestoken.
- Een extern mechanisme: dit zit op het deksel en is een zelden gebruikte voorziening.
- Trekhendel in het passagierscompartiment: aan de bestuurderszijde, meestal boven de pedalen van het voertuig.