Zuiger (Motor)

De motor is het centrale onderdeel van een voertuig en is de mechanische eenheid die een kracht opwekt om het voertuig in beweging te zetten. Door de ontwikkeling van de viertaktmotor, waarmee de meeste recente voertuigen zijn uitgerust, werd het mogelijk om deze mechanische beweging tot stand te brengen met behulp van een brandstof.

De werking ervan heeft aanleiding gegeven tot de term viertaktmotor. Daarbij moet de motor verschillende fasen doorlopen om een volledige verbrandingscyclus te voltooien. Gedurende deze fasen worden alle mechanische elementen belast waaruit de motor bestaat, met name de zuigers.

De zuiger is doorgaans cirkelvormig en gemaakt van een vast materiaal, ontworpen om in een cilinder met een aansluitende vorm te schuiven. Door het ontwerp van de aluminiumlegering zijn de zuigers uiterst licht en kunnen zij dus als warmtegeleider fungeren tijdens de verschillende werkingsfasen van de motor. De zuiger perst het van buiten komende mengsel van gas en brandstof samen tot een explosie en zet deze vervolgens eerst om in thermische energie en vervolgens in mechanische energie.

De zuiger is via de drijfstang verbonden met de krukas. De verticale beweging van de zuiger wordt dus door dit geheel van elementen omgezet in een roterende beweging, zoals een hefboom die fysiek door een mens wordt bediend. De drijfstang is met bronzen lagerschalen aan de krukas bevestigd.

De werking van de 4-takt motor en zijn verschillende fasen:

Fase 1: inlaatslag
De uitlaatklep is gesloten en de inlaatklep is open. De zuiger daalt en zuigt bij een benzinemotor het brandstof- en luchtmengsel aan dat, of bij een dieselmotor alleen lucht, die zich in het inlaatspruitstuk bevindt.

Fase 2: compressieslag
De inlaatklep sluit zodat de zuiger omhoog komt, waardoor de brandstof boven in de verbrandingskamer wordt samengeperst. Deze actie produceert warmte, waardoor de temperatuur van het mengsel, of alleen de lucht, verandert. Hierdoor kan er makkelijker een explosie plaatsvinden.

Fase 3: de arbeidsslag
Dit is de voorlaatste fase in de werking van een verbrandingsmotor.
Bij een benzinemotor wordt de verbranding van het mengsel opgewekt door een vonk.
Bij een dieselmotor wordt er met behulp van een injector dieselolie in de verbrandingskamer ingespoten.
In beide situaties zal de ontsteking van de brandstof de zuiger doen uitzetten. De zuiger zal weer dalen, geduwd door de kracht van de explosie tot het maximum.

Fase 4: uitlaatslag
Deze fase voltooit de cyclus. De zuiger bereikt de bodem van de cilinder aan het einde van de expansieslag. Vervolgens gaat hij weer omhoog. De uitlaatklep staat in de open stand, zodat de verbrande gassen goed kunnen worden afgevoerd via het uitlaatspruitstuk.

Het is van essentieel belang dat de zuigers van een 4-takt benzine- of dieselmotor goed werken. Als u verdachte geluiden hoort wanneer u de motor start, moet u zo snel mogelijk naar de garage om de staat van de zuigers te laten controleren en motorcontrole uit laten te voeren. Alles moet optimaal functioneren.